Categoriearchief: Autismespectrumstoornis

Toekomst

Toekomst

toekomst Aspiratiecoach

Als men denkt aan autisme denken we meestal aan kinderen met autisme. Deze kinderen worden echter ook volwassenen in de toekomst en hoe fijn het soms ook zou zijn, autisme geneest niet.
Autisme is ook erfelijk dus er is een grote kans dat jij als ouder ook hiermee te maken hebt.
Vaak komt dit pas ter sprake als je kinderen gediagnostiseerd worden.
Vaak voelt een diagnose of erkenning van je autisme op volwassen leeftijd, na de schrik, als een opluchting. Meestal heb je innerlijk al menige strijd gestreden omdat je voelde dat je anders was dan andere. Anders niet minder!

Je bent meestal al veel situaties tegengekomen waarin je moest opboksen tegen jezelf en de wereld zonder dat je wist dat je autisme de oorzaak was. Je heb je zelf, hoe dan ook, weten te redden uit diverse situaties die nog niet zo makkelijk waren. Deze ervaringen, positief en negatief, kun je gebruiken om het leven van je kind of anderen met autisme een stukje te verlichten.

Elk stukje strijd dat de volwassen persoon levert om erkenning en begrip te krijgen voor autisme levert voor de huidige kinderen met autisme weer een stukje minder strijd op. Elk stapje wat je maakt om je leven meer leefbaar te maken is een ervaring waarmee je anderen kunt helpen.

Er is nog een lange weg te gaan om autisme begrijpelijk te maken voor anderen die er niet mee leven. Zeker in de toekomst waarin het geld voor begeleiding steeds minder wordt is het belangrijk om onze ervaringen te delen en elkaar hiermee te ondersteunen. Zo weet je dat je er niet alleen voor staat en niet opnieuw hoeft te ontdekken hoe het anders kan.

Autisme is

Reacties op bovenstaande of ervaringen zijn dus heel welkom!

Warme groet,

De Aspiratiecoach!

cropped-aspiratiecoach8.png

 

 

Centrale Coherentie en de Theory of Mind

Centrale coherentie | Aspiratiecoach.nl, coach voor autisten.  Centrale Coherentie en de Theory of Mind

Autisme is een stoornis in de informatieverwerking. De informatie komt op een andere manier binnen als bij mensen zonder autisme. Dit komt mede door het minder goed ontwikkelde vermogen van de centrale coherentie en de Theory of Mind.

Centrale coherentie:

Centrale coherentie is het vermogen om informatie te integreren tot een betekenis, samenhangend geheel.

Bij mensen met autisme is dit vermogen minder goed ontwikkeld. Het gevolg hiervan is dat ze vaak slechts een specifiek deel van de informatie horen of zien en daardoor het complete beeld missen. Het is een fragmentarische waarneming. Het andere gevolg is dat ze hierdoor een tragere informatieverwerking hebben.

Het is hierdoor ook vrij lastig om verbanden te kunnen leggen tussen de ene en de andere gebeurtenis. Gebeurtenissen zijn allemaal losstaande gebeurtenissen zonder verband. Je kunt het vergelijken als een puzzel die nooit af is. Daar is ontzettend veel energie voor nodig en moed om toch te proberen je puzzel compleet te maken.

Het vermogen om informatie te integreren is ook nodig om gemotiveerd te zijn om dingen te doen. Je wordt niet gemotiveerd om iets te doen als je het verband niet kan leggen waarom je het zou moeten doen. bv. Het halen van een specifiek vak op school omdat je het later nodig hebt voor je beroep. Als je dit verband kan leggen zal je gemotiveerd zijn om voor dit vak een voldoende te scoren.

Klik op onderstaande link voor een duidelijke visuele uitleg over sociale coherentie: http://www.youtube.com/watch?v=yhRRHL2FNOw

Theory of Mind:

Theory of Mind is het vermogen van mensen om zich in anderen te verplaatsen en om het gedrag van de ander te kunnen begrijpen, verklaren en te voorspellen.

Als dit vermogen minder ontwikkeld is wordt het lastig om anderen te begrijpen. In sociale situaties kan dan minder goed worden bepaald welk gedrag passend is.  Ook kan dit in gesprekken lastig zijn aangezien ze dan alleen stukjes informatie horen en dit verkeerd interpreteren of horen alleen wat ze willen horen.

Door een verminderd vermogen zich in anderen te verplaatsen ontstaat vaak verwarring of misverstanden in de communicatie. Iemand met autisme kan geheel ongebruikelijk reageren op situaties waarvan men verwacht dat ze anders zouden reageren. Dit kunnen reacties zijn die totaal de plank misslaan. bv. het niet kunnen huilen bij begrafenissen of het niet tonen van hun verdriet. Dit kan tot ergernis leiden van de andere aanwezigen.

Zijn mensen met autisme dan niet gevoelig? Jazeker, merendeel van de mensen met autisme zijn overgevoelig of zelfs hoog gevoelig. Alle indrukken komen vaak zo hard binnen dat ze erdoor overspoeld worden. Door de tragere informatieverwerking krijgen ze al deze indrukken niet goed geordend en kunnen dit dan niet delen met een ander. Het gevolg hiervan is dat ze zich gaan afsluiten voor de buitenwereld als bescherming voor zichzelf.

In het dagelijks leven ontvangen we dagelijks halve informatie of spreken we zinnen niet uit. Mensen met autisme werken dan heel hard om deze informatie compleet te krijgen. Dit lukt vaak maar ten dele waardoor ze meer gaan reageren op het feitelijke, verbale niveau. De onderliggende boodschap of bedoeling wordt dan niet begrepen. De gesproken taal wordt letterlijk opgevat. Als je bv. vraagt om de was uit de wasmachine te halen zal ook enkel de was uit de machine worden gehaald, niets meer en niets minder. Hierdoor ontstaan vaak irritaties onderling want de verwachting van de ander – het is toch normaal dat je de was dan ook daar brengt waar die thuishoort? – wordt niet waargemaakt.

aspiratiecoach letterlijkaspiratiecoach tijdschrift

Sarcasme wordt niet begrepen omdat de gesproken taal niet overeenkomt met de non-verbale uitdrukking van de ander. Je kunt begrijpen dat dit tal van problemen op kan leveren. bv. een baas die met een vriendelijke blik tegen je zegt dat je goed bezig bent terwijl hij eigenlijk bedoelt dat je slecht werk hebt geleverd. De werknemer met autisme zal hierdoor met veel vreugde verder gaan op dezelfde manier zoals tevoren. Hij denkt namelijk dat je het meent!

Klik op onderstaande link voor een duidelijke visuele uitleg over Theory of Mind: http://www.youtube.com/watch?v=tkLRR2waiRw

Dit is pas een klein deel van allerlei misverstanden die kunnen ontstaan in de communicatie die ontstaan bij het minder ontwikkeld vermogen van de centrale coherentie en de Theory of Mind.

Bovenstaande stuk geldt niet altijd voor iedereen met autisme aangezien iedere autist verschillend is, zoals alle mensen verschillend zijn. Ik hoop dat ik hiermee een klein inkijkje heb gegeven in de verwarrende wereld die autisme heet. Tevens hoop ik op begrip voor de wereld van autisme zodat er met meer liefde gecommuniceerd kan worden met minder boosheid, verwarring of misverstanden.

Op korte termijn volgt een nieuw blog over communicatie en autisme.

Je ziet er zo normaal uit!

Je ziet er zo normaal uit…..je hoort het zo vaak. Mensen hebben een ander beeld van hoe iemand met autisme uit zou moeten zien. Als iemand die er goed uit ziet en behoorlijk intelligent is zegt dat hij of zij autisme heeft zijn ze vaker geschokt. Wat raar, je hebt geen duim in je mond, je zit niet in een hoekje te kwijlen of draait rondjes om je eigen as!  Bij sommige is het duidelijker dan bij de ander, net als bij “normale” mensen.

Mensen met autisme kunnen vaak helemaal niet autistisch of behoorlijk “normaal” overkomen. Het is echter een uitputtingsslag om dit vol te houden. Misschien zou je wel nooit vermoeden dat diegene autisme heeft of verwacht je niet het etiketje autisme op die persoon. Vaak zijn mensen met autisme lomp en onhandig, vaker zenuwachtig, arrogant ook nog wel. Ze gedragen of bewegen zich soms vreemd maar meestal kun je het niet zien.

Het is een heel gevecht om als goedopgeleide, fatsoenlijke gedragende man of vrouw een baan te vinden of te behouden. Het is goed dat ze “normaal” kunnen lijken, echt een topprestatie, het betekent echter niet dat ze het niet zwaar hebben of geen Asperger hebben. Het is dan een zware weg geweest langs diverse wegen om zover te komen. Er zal altijd concentratie, inspanning en alertheid gevraagd worden om deze prestatie te leveren. Werkgevers weten vaak wel wat Asperger is maar vaak niet wat het inhoud.

Het is ook pijnlijk te horen dat men er niet uitziet alsof men Asperger heeft of het lijkt wel of men het niet zo erg heeft. Het getuigt van weinig respect voor de ervaring van diegene die ermee te maken heeft. Ze hebben er zo hard voor moeten knokken en moeten dat blijven doen. Ze moeten heel hard werken om te kunnen doen wat ze doen.

je ziet er zo normaal uit aspiratiecoach

Volwassenen met Asperger zijn helaas vaker verkeerd gediagnostiseerd. Asperger werd pas in 1994 erkend en opgenomen in de DSM-!V. Ze kregen eerder andere, lees verkeerde, diagnoses en kregen Ritalin voorgeschreven terwijl ze deze symptomen niet hadden. Ze hadden geen trainingen, hulp en begrip voor hun problematieken. Ze hebben zich op eigen kracht en moed door het leven geslagen. Het toont aan hoeveel kracht, intelligentie, aanpassings- en probleemoplossend vermogen er aanwezig is. Wat een opluchting als een volwassenen eindelijk een goede diagnose krijgt. Ze zijn niet gek of moeilijk, ze hebben het Syndroom van Asperger!

Het stellen van een diagnose op latere leeftijd is lastiger. De tekenen van Asperger zijn meestal minder zichtbaar vanwege het aanwezige aanpassingsvermogen. De Asperger heeft zich grote moeite gedaan om “normaal” te worden. Twijfel niet aan de diagnose of de capaciteiten van de Asperger. De Asperger wil zo graag onderdeel zijn van het “normale” leven en doet alle moeite hiervoor. De positieve eigenschappen van de Asperger doen de negatieve echt teniet! Ze willen er zo graag bij horen en doen hun uiterste best om hun werk goed te doen. De eer in hun werk staat hoog in het vaandel en hard werken is hun zeker niet vreemd.

 

 

 

Overprikkeling bij autisme

Overprikkeling bij autisme

Om een beetje inzicht te verkrijgen in hoe autisme voelt en met name de overprikkeling bij autisme is onderstaande filmpje een mooi voorbeeld. Het geeft hoe langer hoe meer prikkels totdat aan het einde van het filmpje……sensorische overprikkeling!! Het filmpje richt zich op kinderen maar is evengoed bedoeld voor volwassenen.

Prikkelverwerking

Bij autisme draait het om problemen met de prikkelverwerking. Hierbij gaat het om indrukken die via de zintuigen worden opgedaan, maar ook gedachteprocessen, gevoelens en bewegingen brengen veel prikkels met zich mee die verwerkt moeten worden.

In de hersenen van mensen met een autismespectrumstoornis werkt de modulatie niet goed: er worden veel meer prikkels min of meer bewust waargenomen dan normaal. Wanneer de hersenen deze overvloed aan informatie niet meer kunnen verwerken ontstaat een soort kortsluiting in de hersenen: overprikkeling. Het hele lichaam is er dan op gericht om de stortvloed aan prikkels te stoppen.

Tijdens een aanval van overprikkeling is het vrijwel onmogelijk om zich te concentreren, na te denken, te bewegen of te verwoorden. Er kan een gevoel van verlamming worden ervaren, evenals desoriëntatie en vervormingen in de waarneming. De opgelopen spanning ontlaadt zich vaak in irritatie, een woedeaanval waarbij iemand soms ook dingen kapot maakt of in een huilbui.

Opvallend is daarbij dat de woede geen echte kwaadheid is en het huilen geen uiting is van verdriet. Het gaat puur om een ontlading, waar de persoon zelf niet of nauwelijks invloed op heeft. Ook kan het zich uiten in een epilepsieaanval of hyperventilatie . Een aanval van overprikkeling kan gepaard gaan met hevige gevoelens van angst, woede, machteloosheid, verdriet en/of schaamte, waardoor de overprikkeling nog verder toeneemt.

Overprikkeling doet zich vaak dagelijks, meestal aan het einde van een dag vol indrukken, voor. Het kan echter ook een acute reactie op een situatie zijn, wanneer bijvoorbeeld gevoelens worden ervaren die op zich niet eens zo sterk hoeven te zijn om overprikkeling te veroorzaken. Ook taken in het huishouden kunnen overprikkeling met zich meebrengen, bijvoorbeeld doordat bewegingsprikkels niet goed verwerkt worden. Sommige mensen met een autismespectrumstoornis zijn daardoor niet tot het doen van het huishouden in staat.

overprikkeling bij autisme, aspiratiecoach

Voordat iemand weer van overprikkeling is hersteld kan het een aantal uur of zelfs een aantal dagen duren. Als iemand regelmatig overprikkeld is, leidt dat op den duur tot klachten als chronische hoofdpijn, een burn-out en zware chronische vermoeidheid. Tevens lijkt er een samenhang te zijn tussen chronische overprikkeling en psychosen.

Andere verschijnselen naast overprikkeling

    Naast problemen met de modulatie (en de daarmee gepaard gaande hoge prikkelgevoeligheid en overprikkeling) zien we vaak de volgende verschijnselen:

  • Vertraagde prikkelverwerking, waardoor het pas later tot iemand doordringt wat hij heeft waargenomen en/of waardoor de reactie vertraagd wordt gegeven
  • Vervormingen in de waarneming, waardoor iemand bijvoorbeeld letterlijk iets anders hoort dan gezegd wordt terwijl hij dat zelf niet in de gaten heeft, of waardoor hij bij het eten soms geplaagd kan worden door een vieze bijsmaak
  • Een versterkte waarneming, waardoor bijvoorbeeld normale geluiden als heel indringend kunnen worden ervaren of waardoor iemand het niet kan verdragen om onder de douche te staan
  • Lacunes in de waarneming, waarbij iemand bijvoorbeeld nauwelijks non-verbale communicatiesignalen waarneemt
  • Een verzwakte waarneming, waardoor iemand bijvoorbeeld niet voelt dat hij pijn heeft
  • Een gefragmenteerde waarneming, waardoor iemand bewust waargenomen indrukken “aan elkaar moet plakken” om een totaalbeeld te ervaren. Soms gebeurt dat “aan elkaar plakken” niet helemaal goed, waardoor iets anders wordt waargenomen (en/of andere conclusies worden getrokken) dan op basis van de werkelijkheid te verwachten zou zijn
  • Geen twee dingen tegelijk kunnen doen: sommige autisten kunnen bijvoorbeeld niet tegelijkertijd naar iemand luisteren en hem aankijken. Ook hebben autisten er moeite mee om iemand te verstaan als in dezelfde ruimte meerdere mensen aan het praten zijn.
  • Veel moeite hebben met het verkrijgen en ordenen van overzicht
  • Geen (of met moeite) onderscheid kunnen maken tussen hoofd- en bijzaken
  • Problemen met betekenisverlening, doordat dit niet altijd automatisch gebeurt
  • Problemen met de concentratie
  • Geheugenproblemen, vooral van het kortetermijngeheugen
  • Slaapproblemen
  • Piekeren, niet kunnen stoppen met denken
  • Een beperkte belastbaarheid
  • Angst en stress bij veranderingen
  • Hevige vermoeidheidsklachten, doordat het vanwege de inadequate prikkelverwerking veel energie kan kosten om “normaal” te functioneren en de beperkingen te compenseren
  • Inertie: een verlammend gevoel, gepaard gaand met een onvermogen om iets te doen. Dit verschijnsel wordt vaak ten onrechte aangezien voor luiheid, laksheid of onwil
  • Onderprikkeling. Wanneer er te weinig prikkels worden ervaren, bijvoorbeeld door werk beneden het eigen denkniveau, kan dit veel stress met zich meebrengen, met overprikkeling als uiteindelijk gevolg
  • Communicatieproblemen. Ten dele hangt dit samen met de waarnemingsproblematiek; sommige problemen op dit vlak zijn vergelijkbaar met de problemen die slechthorenden en slechtzienden ervaren. Voor een ander deel heeft dit te maken met de neurologische problematiek, bijvoorbeeld bij woordvindingsproblemen en dingen letterlijk nemen. Deze communicatieproblemen hoeven overigens voor anderen niet zichtbaar te zijn; sommige autisten hebben hele goede communicatievaardigheden aangeleerd, waardoor ze hun beperkingen kunnen compenseren
  • Een door anderen ervaren gebrek aan inlevingsvermogen, bijvoorbeeld doordat niet wordt waargenomen hoe een ander zich voelt of doordat de belevingwerelden van mensen met en mensen zonder autisme ver uiteen kunnen lopen. Ook neurologische problematiek kan hier invloed op hebben

Bovenstaande verschijnselen komen in de vorm van allerlei problemen in het dagelijks leven van volwassen normaal- tot hoogbegaafde mensen met een autismespectrumstoornis aan de oppervlakte.

Niet iedereen die een ASS heeft, kent overigens dezelfde problemen. De exacte manier waarop de prikkelverwerking verloopt en de specifieke problemen waarmee dit gepaard gaat, zijn bij iedere persoon weer anders. Vaak herkennen mensen met een autisme-spectrumstoornis hun waarnemingsproblemen zelf in eerste instantie meestal niet. Ieder mens ervaart de eigen manier van waarnemen als volkomen normaal, als ‘de waarheid’. Pas wanneer hier gerichte vragen over worden gesteld, komen de waarnemingsproblemen aan het licht.

Ten aanzien van de ontwikkeling lijkt met name de emotionele ontwikkeling bij mensen met een ASS veel later op gang te komen dan gebruikelijk. Maar ook de betekenisverlening treedt pas in een later stadium op. Dit kan verband houden met de waarnemingsproblematiek. Als je de wereld in fragmenten waarneemt, krijgen veel waarnemingen geen betekenis. Dit gaat samen met een gevoel van onwerkelijkheid en kan ook angst oproepen. Het lijkt of op latere leeftijd de hersenen de gefragmenteerde waarneming steeds meer gaan compenseren, doordat herinneringen een steeds grotere rol gaan spelen in de waarneming en de betekenisverlening. In nieuwe situaties zijn er nog geen herinneringen opgebouwd, waardoor de oorspronkelijke gefragmenteerde waarneming weer optreedt.

Als betekenisverlening uitblijft, is er ook geen waarneming en/of herkenning op emotioneel vlak. Veel mensen met autisme ontdekken pas op volwassen leeftijd dat emoties en gevoelens bestaan, dat ook andere mensen een binnenkant hebben en dat je iets bewust kunt willen. Met terugwerkende kracht moeten dan de levenservaringen een plek krijgen en moet de volwassene alsnog leren om emoties en gevoelens te herkennen en te hanteren.

Ook een zogenaamde lichte vorm van autisme kan ernstige problematiek met zich meebrengen. Het woord “lichte” is in dit verband dan ook zeer betrekkelijk. Zelfs wanneer door anderen slechts minieme signalen worden waargenomen die naar autisme verwijzen, kan er toch sprake zijn van een forse onderliggende problematiek op het gebied van de prikkelverwerking en de gevolgen daarvan.

Bovendien kan juist bij de zogenaamde lichte vorm van autisme de lijdensdruk hoog zijn, doordat de persoon zich zeer bewust is van zijn beperkingen en doordat hij uiterlijk zo normaal lijkt te zijn. Daardoor worden er door de directe omgeving en door de maatschappij hoge eisen aan hem gesteld, waar hij vaak niet of slechts met veel inspanning aan kan voldoen.

Mensen met een ASS kunnen vaak een voortdurend gevoel van falen ervaren.
Het kan je namelijk zomaar gebeuren dat je door overprikkeling bijna niet meer na kunt denken, dat je je niet meer kunt concentreren. Of dat je ineens niet meer uit je woorden komt. Misschien raak je wel ernstig gefrustreerd, wil je alleen nog maar slapen of krijg je een woede aanval. Sommige dagen zitten zo vol met indrukken, dan kan het zomaar een paar uur of een paar dagen duren voordat de overprikkeling weer wat afgenomen is.

De gevoeligheid voor prikkels zijn helaas niet zichtbaar voor de buitenwereld.

“Hoe kun jij nou last hebben van de radio van de buren, dat hoor je toch niet door de muur?” “Dat uurtje in de kerk kun je toch wel volhouden, wat is nou een uur.” En: “Wat maakt het nou uit dat die lamp aan het knipperen is, daardoor kun je toch wel werken?”

Voor welke prikkels ben jij gevoelig?

Als je dat weet kun je mogelijk te weten komen hoe prikkels te vermijden of ze te kunnen hanteren.  Bijvoorbeeld door uit de situatie te gaan, meer duidelijkheid te creëren, het probleem proberen op te lossen, te relativeren of hulpmiddelen gebruiken.

Ik zou het heel fijn vinden als je op dit artikel zou reageren met eigen ervaringen over overprikkeling. Waar wordt jij overprikkeld van?

Gezichtsblindheid (Prosopagnosia)

gezichtsblindheid bij autisme- prosopagnosia|Aspiratiecoach

Gezichtsblindheid (prosopagnosia)

Gezichtsblindheid (Prosopagnosia) levert problemen op bij het onderscheiden van mensen met dezelfde kleding, kapsel, geslacht, leeftijd en dergelijke meest opvallende uiterlijke kenmerken. Het is inmiddels algemeen vastgesteld dat veel mensen met Asperger Syndroom prosopognosia hebben.

  • “Hé, herken je me niet? Ik ben het, Laura, we hebben elkaar vorige week nog gesproken op het feestje van Steven!”
  • Na het afrekenen van je lunch in de kantine ga je op zoek naar je collega’s. “Waar zijn ze nou toch gaan zitten?”. Je hebt moeite om ze te herkennen tussen alle andere werknemers.
  • “Waarom groette je mij niet gisteren in de stad? Je liep mij gewoon voorbij!”

Bovenstaande gebeurtenissen overkomen iedereen wel eens. Maar heeft u het idee dat het u vaker overkomt dan anderen? Of heeft u niet alleen moeite met het herkennen van kennissen, vrienden en collega’s, maar ook met het herkennen van uw directe familie of zelfs uw eigen gezicht? Dan kan er sprake zijn van gezichtsblindheid, oftewel Prosopagnosia.

Gezichtsblindheid prosopagnosia  aspiratiecoach Brad Pitt

Wat is gezichtsblindheid?

Gezichtsblindheid is het onvermogen om mensen te herkennen aan hun gezicht. Dit gaat verder dan zo nu en dan even niet meer weten waar je iemand van kent, of het moeite hebben met het onthouden van namen. De ene persoon heeft moeite met het herkennen van collega’s en vrienden, de andere persoon zelfs met het herkennen van de directe familie. Bij sommige mensen is de gezichtsblindheid het gevolg van hersenschade die zij hebben opgelopen. Andere mensen worden hier waarschijnlijk mee geboren. Zij zijn zich daardoor vaak niet bewust van hun gezichtsblindheid, of zij ontdekken pas tijdens de volwassenheid dat het herkennen van mensen aan hun gezicht voor anderen heel natuurlijk is.

Mensen met gezichtsblindheid compenseren het gebrek door meer aandacht aan andere kenmerken te besteden. Ze concentreren zich bijvoorbeeld meer op het stemgeluid of richten zich op kleding om mensen te kunnen herkennen. Een vermoeiender manier van compensatie is het inschakelen van het gebied in de linkerhersenhelft waarmee details van gezichten worden herkend. Door al deze informatie te combineren, kan een iemand met Prosopagnosia de identiteit van het gezicht ‘reconstrueren’. Uit onderzoek bij mensen met autisme blijkt dat deze compensatiemethode bij hen niet werkt. In plaats daarvan activeren ze hersencentra waarmee normaal voorwerpen worden herkend.

Voorbeeld uit de praktijk:

“Ik ken wel een paar gezichten hoor. ouders, zusje, goede vrienden, paar collega’s. maar echt heel veel minder dan een normaal persoon. stemgeluid gaat wel wat beter. het duurt gewoon erg lang eer ik een gezicht (echt het gezicht? of andere kenmerken?) onthoud, maar als het er eenmaal inzit, dan gaat het wel enigszins. hoe meer mensen om me heen, hoe minder kans dat ik een paar gezichten onthoud. zeker als er herrie is. In het koor waar ik zit zien alle meisjes hetzelfde uit (ook al zien ze helemaal niet hetzelfde uit eigenlijk), dus onthouden achter wie ik tijdens het concert (allemaal in het zwart gekleed nog ook) het podium moet oplopen, gaat heel fout, ook al sta ik tijdens de generale repetitie een kwartier naar mijn buurvrouw te staren. dus dan is het van: ze heeft lang donkerblond haar een een zilveren kettinkje en blauwe ogen – of eerder grijs ? of groen?? – en geen bril en kleine oortjes en een horloge met een dun bandje. maar onthoud die kenmerken eens allemaal als je eigenlijk met repeteren bezig bent en er geroezemoes rond je heen is en pak dan tijdens het opstellen (voor het binnenlopen) met behulp van deze kenmerken de goede persoon uit de kudde…”

 

 

bron: Wikipedia/Tilburg University

 

Asperger-syndroom wordt autismespectrumstoornis

Asperger-syndroom wordt autismespectrumstoornis

Het Syndroom van Asperger zal niet meer voorkomen in DSM-5 *. De symptomen van dit syndroom worden voortaan ondergebracht onder het nieuw toegevoegde autismespectrumstoornis, een term die al wijdverbreid wordt gehanteerd. Deze parapludiagnose zal voortaan zowel duiden op mensen met een zware vorm van autisme als voor hen die lijden aan een mildere vorm.  De benamingen autistische stoornis, stoornis van Asperger en PDD-NOS zullen verdwijnen. In de DSM-5 is opgenomen dat alle mensen die nu de diagnose autistische stoornis, stoornis van Asperger of PDD-NOS krijgen bij de invoer van de DSM-5 automatisch de diagnose autismespectrumstoornis. Positief aan het verdwijnen van de benamingen autistische stoornis, stoornis van Asperger en PDD-NOS is dat hiermee direct de misvatting verdwijnt dat de lijdensdruk bij klassiek autisme vele malen groter is dan bij bijvoorbeeld PDD-NOS.Aspiratiecoach DSM 5, autismespectrumstoornis

Er waren ook nogal wat tegenstanders van het schrappen van de specifieke diagnose voor Asperger. Mensen die aan Asperger lijden, hebben dikwijls een hoge intelligentie en een grote kennis over een eng onderwerp, maar missen sociale vaardigheden en hebben een verminderde neiging tot het maken van contact.

Ook vanuit de gezinnen met iemand die Asperger heeft, was er bezorgdheid over deze verandering omdat ze vreesden dat met het wegvallen van de diagnose hun familielid geen aanspraak meer zou kunnen maken op speciale hulpverlening. Experts zeggen dat dit niet het geval zal zijn.

bron: Dietrich Muylaert en Yulius Autisme Expertisecentrum

* Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders (kortweg DSM) is een Amerikaans handboek voor diagnose en statistiek van psychische aandoeningen dat in de meeste landen als standaard in de psychiatrische diagnostiek dient. De vorige versie (uit 2000) was een tekstrevisie van de vierde editie, aangeduid als DSM-IV-TR. In mei 2013 is deze opgevolgd door de DSM-5.[1]

De DSM was noodzakelijk geworden om een einde te maken aan de grote internationale spraakverwarring in de literatuur over psychische aandoeningen. Termen als “depressie” of “psychose” werden door verschillende auteurs heel anders ingevuld en waren vaak ook nationaal gekleurd.

Zo kon met de DSM veel meer eenheid gebracht worden in diagnosen: het was nodig om alle symptomen duidelijk te omschrijven, en precies te definiëren welke symptomen kunnen voorkomen bij een ziektebeeld, en hoeveel symptomen aanwezig dienen te zijn, voordat er gesproken kan worden van een bepaald syndroom of ziektebeeld bij een patiënt.

bron: wikipedia

Wat is het syndroom van Asperger?

Het syndroom van Asperger, ook wel aspergersyndroom of stoornis van Asperger, is een pervasieve ontwikkelingsstoornis vernoemd naar de Weense kinderarts dr. Hans Asperger. Het syndroom kenmerkt zich door beperkingen in de sociale interacties en een beperkt repertoire aan interesses en activiteiten. Anders dan bij de klassieke autistische stoornis is er geen sprake van vertraging in de ontwikkeling van de taalvaardigheid op lage leeftijd. Er is een normale tot hoge intelligentie en een gemiddelde neiging tot het maken van contact.

Het syndroom van Asperger wordt tot het autismespectrum gerekend. Net als bij de andere stoornissen uit dit spectrum is er vaak sprake van Lees verder